Met schoolgaande kinderen heb je natuurlijk altijd het risico maar lange tijd heb ik gedacht dat wij de dans wel zouden ontspringen. De jongens hebben allemaal flinke bossen haar dus het leek me echt een drama als ze ooit luizen zouden krijgen. Alleen al omdat ze haren wassen haten en de kam liever ongebruikt laten.
Na de kerstvakantie, op dinsdag, had ik een voicemail. Van de juf van de middelste. Of ik hem zo snel mogelijk kon komen halen want hij was geluizenpluisd en jawel, er was 1 levende luis aangetroffen. Krabbend op mijn hoofd belde ik de juf terug. Tja, het was er maar eentje maar toch. Het beleid op onze school is, ophalen en behandelen. Als ze behandeld zijn mogen ze weer naar school.
Een lichte paniek maakte zich van mij meester. Mijn moeder zou de kinderen die dag van school halen, ik kon haar bellen om mijn zoon al eerder te gaan halen. Dan zadelde ik haar met het probleem op. Bovendien was zij in een ver verleden allergisch gebleken voor haarmiddelen. Wat als zij nu ook luizen zou krijgen? Aan de andere kant, afspraken afzeggen omdat je kind luizen heeft? Ik heb ze beter gehoord.
Gelukkig reageerde moeders heel rustig. “Ik zet hem wel even een pet op” zei ze, “en als jij nou vanmiddag een goede luizenkam haalt dan begin je gewoon straks met behandelen.” Mooi, eerste problemen waren dus getackeld. Na mijn afspraken naar de drogist, waar ik haast verdwaalde tussen alle luizen-bestrijdingsmiddelen. Logisch nadenken is moeilijk op dat soort momenten. Zo chemisch mogelijk, was mijn eerste gedachte. Gewapend met luizentroep en twee kammen (waaronder “de rolls royce onder de luizenkammen”) toog ik naar huis toe.
Daar trof ik drie dwarse jongetjes aan. “Ik ga echt niet mijn haar wassen omdat HIJ luizen heeft” riep de een. “Heb ik nu voor altijd beestjes in mijn haren?” gilde de ander. Mijn moeder stond te koken en zei dat ik maar beter meteen kon beginnen. Een bad met boze kindertjes later kon het grote kammen beginnen. Duurt lang, je moet een goed systeem bedenken (de bijsluiter zegt; werk van oor naar oor). Je hebt zelf toch eigenlijk ook de hele tijd jeuk op je hoofd. Maar goed, daarna waren ze dan luisvrij.
’s Avonds, toen het gespuis weer kalm in hun bedjes lag en wij elkaar behandeld hadden, besloot ik toch wat meer informatie te zoeken. Hieronder wat feitjes:
- Luizen vinden ALLE haren en hoofdjes fijn. Zowel vuil als schoon haar, kort haar, lang haar, krullen of steil, they don’t care.
- Luizen kunnen niet springen. Ze lopen van hoofd naar hoofd. Voornamelijk bij jonge kinderen is de kans dus groot (die spelen vaak met hun bolletjes vlakbij elkaar) dat ze luis oplopen. Ze kunnen niet zwemmen maar wel overleven op een hoofd wat in het zwembad komt.
- Het gebruik van anti-luismiddelen is niet bewezen.
- Het advies is twee weken lang iedere dag kammen met een hele fijne kam. Twee weken is LANG, zeker bij kinderen die dat echt niet willen. Toch doorzetten want anders krijgen die beestjes de kans gewoon lekker door te leven.
- Een luis overleeft niet lang als hij geen toegang heeft tot een hoofd. Daarom wordt er niet meer geadviseerd kleding, knuffels, lakens en andere stoffen te wassen. De kans dat een luis daarop blijft zitten is al nihil en als hij dan ook nog leeft als je terug komt bij je hoofdkussen is super klein.
- Een luizenzak op school is dus eigenlijk ook overbodig. (Wij vinden hem dan weer erg prettig voor de winter accessoires)
- Op de woensdag na de voorjaarsvakantie organiseert het RIVM luizendag. Het idee is dat iedereen dan zijn kinderen kamt. Zo hopen ze dat meer mensen er een gewoonte van maken om kinderen na de vakanties te checken.
Het was een hele toer om die twee weken kammen vol te maken. Bij twee van de drie waren geen luizen aangetroffen dus die zagen er al heel snel niet meer het nut van in. Bij de pisang was er na de eerste dag ook geen luis meer te bespeuren. Mijn eigen haar kammen is een grote klus, kam jezelf maar eens met een “ van oor naar oor” systeem.
Eerlijk is eerlijk, het viel me toch alleszins mee. Natuurlijk ook doordat je niet meer je hele huis hoeft te wassen, en kortere jongenshaartjes wel te overzien zijn. Nu zijn we dus aan de beurt geweest. Vinkje voor in de jeugdjaren. 1 vinkje, hoop ik!
Meer informatie over hoofdluis? https://www.rivm.nl/hoofdluis